Lectuur voor beginners: Книга для домашнего чтения по нидерландскому языку. Пода И.З - 45 стр.

UptoLike

Составители: 

45
24. HET NIEUWE HUIS
Er is een brief gekomen. Mama schrijft dat ze klaar zijn. Alle muren zijn
behangen. Overal ligt mooi tapijt. Als Daan en Marieke thuiskomen, kunnen
ze zelf hun kamer inruimen.
Het was heerlijk bij oma en opa. Toch zijn Daan en Marieke blij dat ze naar
huis gaan.
“We zijn er bijna, zegt Marieke als opa de nieuwe buurt inrijdt. Alles is er
nieuw: de huizen, de winkels, de school, zelfs het park. Daar is onze flat,”
roept Daan. Hij wijst naar de vijfde verdieping van een heel groot gebouw.
Mama staat bij de deur. Dag lieverds, zegt ze als ze hen ziet. Mama geeft
hen een dikke zoen. Ook papa is blij dat ze thuis zijn. De grote mensen gaan
koffie drinken. Maar Daan en Marieke hebben geen geduld. Ze willen vlug
alles zien.
Daan doet de deur open. Wat een mooie badkamer! Er liggen tegels op de
vloer. De muren zijn ook betegeld. Aan een muur hangt een douche. Daan
draait aan de knop. Er komt water uit de douche. Oei, nu staat Daan eronder.
Maar hij heeft al zijn kleren nog aan. Daar had Daan niet aan gedacht. Vlug
doet hij de kraan weer dicht.
Marieke staat vrolijk te lachen. Je kleren drogen wel weer, zegt ze. Het is
toch warm vandaag.”
Straks ga ik er weer onder, zegt Daan, maar dan wel in mijn blootje.”
HUISWERK
1. Woordenlijst:
overal повсюду; het tapijt ковёр; in/ruimen обставить; in/rijden въезжать;
het park парк; de flat квартира, многоквартирный дом; de verdieping
этаж; het gebouw здание; de lieferd милый; dik толстый; het geduld
терпение; de badkamer ванная комната; de tegel (облицовочная) плитка,
кафель; betegeld (причастие прош. врем. от betegelen) облицованный
кафелем; de douche душ; draaien крутить; iets aan/hebben - быть одетым
(во что-л.); gedacht - причастие прош. врем. от denken думать; de knop
ручка; de kraan dicht/doen (open/doen) закрывать (открывать) кран; in zijn
blootje нагишом.
2. Aanvullende woordenlijst:
op/knappen (под)ремонтировать, het weer is opgeknapt погода расстоялась
(/улучшилась); zich op/knappen (voor het feest, voor de spiegel) принарядить-
ся, прихорошиться; de avondjurk вечернее платье; de brief - письмо.
PDF created with pdfFactory Pro trial version www.pdffactory.com
                                             24. HET NIEUWE HUIS

                      Er is een brief gekomen. Mama schrijft dat ze klaar zijn. Alle muren zijn
                      behangen. Overal ligt mooi tapijt. Als Daan en Marieke thuiskomen, kunnen
                      ze zelf hun kamer inruimen.
                      Het was heerlijk bij oma en opa. Toch zijn Daan en Marieke blij dat ze naar
                      huis gaan.
                      “We zijn er bijna,” zegt Marieke als opa de nieuwe buurt inrijdt. Alles is er
                      nieuw: de huizen, de winkels, de school, zelfs het park. “Daar is onze flat,”
                      roept Daan. Hij wijst naar de vijfde verdieping van een heel groot gebouw.
                      Mama staat bij de deur. “Dag lieverds,” zegt ze als ze hen ziet. Mama geeft
                      hen een dikke zoen. Ook papa is blij dat ze thuis zijn. De grote mensen gaan
                      koffie drinken. Maar Daan en Marieke hebben geen geduld. Ze willen vlug
                      alles zien.
                      Daan doet de deur open. Wat een mooie badkamer! Er liggen tegels op de
                      vloer. De muren zijn ook betegeld. Aan een muur hangt een douche. Daan
                      draait aan de knop. Er komt water uit de douche. Oei, nu staat Daan eronder.
                      Maar hij heeft al zijn kleren nog aan. Daar had Daan niet aan gedacht. Vlug
                      doet hij de kraan weer dicht.
                      Marieke staat vrolijk te lachen. “Je kleren drogen wel weer,” zegt ze. “Het is
                      toch warm vandaag.”
                      “Straks ga ik er weer onder,” zegt Daan, “maar dan wel in mijn blootje.”

                      HUISWERK

                      1. Woordenlijst:
                      overal – повсюду; het tapijt – ковёр; in/ruimen – обставить; in/rijden – въезжать;
                      het park – парк; de flat – квартира, многоквартирный дом; de verdieping –
                      этаж; het gebouw – здание; de lieferd – милый; dik – толстый; het geduld –
                      терпение; de badkamer – ванная комната; de tegel – (облицовочная) плитка,
                      кафель; betegeld (причастие прош. врем. от betegelen) – облицованный
                      кафелем; de douche – душ; draaien – крутить; iets aan/hebben - быть одетым
                      (во что-л.); gedacht - причастие прош. врем. от denken – думать; de knop –
                      ручка; de kraan dicht/doen (open/doen) – закрывать (открывать) кран; in zijn
                      blootje – нагишом.

                      2. Aanvullende woordenlijst:
                      op/knappen – (под)ремонтировать, het weer is opgeknapt – погода расстоялась
                      (/улучшилась); zich op/knappen (voor het feest, voor de spiegel) – принарядить-
                      ся, прихорошиться; de avondjurk – вечернее платье; de brief - письмо.

                                                                                                     45




PDF created with pdfFactory Pro trial version www.pdffactory.com